Ervaringen van Professionals

Een meerjarig CSL-project bij Pergamijn

Inleiding
Medewerkers van zorginstelling Pergamijn, voor mensen met een verstandelijke beperking, kwamen in 2002 in contact met stichting Horison en het Contactgericht Ondersteunen door een van onze cursussen te volgen. Vervolgens hebben we daar verschillende cursussen ter plaatse gegeven, waarin attitude  en een goede afstemming een belangrijke plaats hadden, dankzij financiering van CCE.

Met de training hebben een viertal teams programma’s opgesteld voor een aantal cliënten. Een aantal uren per week kregen deze cliënten individuele aandacht volgens de principes van het Contactgericht spelen en leren. Deze principes zijn aangepast aan de doelgroep. De begeleiders die meededen in het programma kregen regelmatig coaching en feedback van interne en geschoolde coaches, aan de hand van videomateriaal.
Eenmaal per jaar kwam Anneke Groot om samen te evalueren en nieuwe doelen uit te zetten.

Hier volgen een aantal casussen. De namen in deze casussen zijn om privacyredenen gewijzigd.

 

Wim
Een van de cliënten is Wim, een man van rond de 40 jaar. Wim heeft enorme gedragsproblemen. Zo at hij niet samen met anderen vanwege agressieve buien en was hij vaak alleen op z’n kamer. De begeleiders konden niet bij hem op de kamer komen. Met het eten waren de begeleiders zoveel mogelijk neutraal, zonder emotie, omdat het leek of hij daar niet tegen kon. Hij gooide met tafels en stoelen. Een groot deel van de tijd stond deze man alleen in een hoekje van de gang en werd hij genegeerd. Verschillende intensieve behandelingen zijn toegepast, zonder resultaat.

Een jaar later lieten ze me een video zien van hoe ze nu met Wim werkten. Ze konden 2 uur lang met hem op de kamer zijn. Ze volgende hem veel. Dan stonden ze samen voor de spiegel en bewoog de begeleider mee in het ritme van Wim. Wim keek voortdurend naar de begeleider, zocht steeds contact en had een enorme glimlach op z’n gezicht. Hij keek zo ontspannen en gelukkig. Hij gooide minder met voorwerpen. Voorzichtig boden ze nu ontwikkelingsmateriaal aan. Sommige dingen bleek hij gewoon te kunnen. Het eten gebeurde veel op de kamer. Hij kon nu steeds meer zelfstandig eten en de maaltijden werden een plezierige interactie. Daarbij bleek hij moeiteloos te kunnen kiezen uit 10 verschillende dingen. Zijn overprikkeling werd beter herkend en kon daardoor steeds meer afnemen. Zijn taalgebruik werd actiever. Hij maakte meer klanken en meer woorden en ging ze ook gerichter gebruiken om te communiceren. Heel bijzonder was dat hij nu voor het eerst tijdens de kerstviering bijna een uurlang bij zijn familie had kunnen zitten. Zij waren daar intens gelukkig mee.

In de loop van de tijd hebben de gedragsverbeteringen er toe geleid dat hij meer uit de instelling kwam en mee kon op uitstapjes en andere activiteiten. Heel bijzonder was een  boottocht waar hij op mee kon. De deining van het schip (zeer zintuiglijk) was heel bijzonder voor hem.

Een jaar later bleek dat Wim een terugval had en ik was echt bang dat ze me zouden vertellen dat de methode toch te duur was, als in tijden dat het niet zo goed ging alles weer kwijt zou raken. Nou is bang zijn geen goede raadgever, dus ik ging uit van het vertrouwen. Maar ik was aangenaam verrast toen ik hoorde hoe enthousiast de mensen ook nu waren over deze cliënt. Ze vertelden hoe ze zelfs in zijn terugval nog steeds contact met hem konden maken. Ze konden met hem blijven spelen/begeleiden en hij bleef meer aanspreekbaar. Hij was er ook al weer veel sneller uit aan het komen. Ondanks dat het hard werken was voor het team, voelde ik het vertrouwen dat ze hadden ontwikkeld.

 

Henk
Henk is een cliënt met een ernstige verstandelijke beperking. Hij praat niet en communiceert soms door met z’n ogen gericht te kijken. Henk is zeer dyspraktisch. Het kost hem moeite om te lopen. Bij aankomst heeft Henk twee kokers om zijn armen, omdat hij zichzelf tot bloedens toe op zijn hoofd slaat. Het is pijnlijk te ervaren hoe snel je ook als buitenstaander daar aan gewend raakt. (Laten we er nooit gewend aan raken!)

Zijn begeleiders zetten een zeer toegewijd programma op. Hun houding is heel accepterend. Ze volgen Henk en proberen hem te activeren en meer klanken te laten maken. Henk heeft echter zeer veel sensorische uitdagingen en daarom is hij vrijwel altijd onderprikkeld (ook door de kokers om zijn armen). We ontdekken dat actieve muziek en veel bewegen zijn alertheid verhoogd en hem meer responsief maakt voor contact. Ook wordt er heel regelmatig diepe druk op zijn hoofd gegeven. Henk krijgt veel ontwikkelingsmateriaal aangeboden. Als de kokers afgaan, doet hij onmiddellijk zijn duim in zijn mond en na verloop van tijd gaat hij zichzelf weer slaan. De begeleiders werken er naar toe om steeds minder de kokers te gebruiken in de spelkamer en een goede dosis sensorische prikkels te geven. De afstemming gebeurt uiterst zorgvuldig en het effect is dat hij meer alert en stuurbaar is. Zijn contactname en responsiviteit verbetert.

Twee jaar later zag ik bij een evaluatie stukje video van Henk. Hij had zoveel problemen met dyspraxie en prikkelverwerking dat hij vaak niet tot contact kwam. De toewijding van zijn spelers is echter enorm, ze geloven in hem. En wie schetst ons aller verbazing als we hem op het stukje video zien en hij min of meer zingend de spelkamer binnenkomt. Hij is zichtbaar meer gelukkig en maakt veel klanken. Hij is meer alert, reageert op z’n naam, zit beter in z’n vel en eet en drinkt nu meer zelfstandig. Wat waren we allemaal trots op hem.

 

De Staf
De medewerkers van Pergamijn zijn enthousiast over de benadering en willen er graag mee door gaan. In de loop der jaren is er veel meer ervaring opgebouwd in het werken zelf en de organisatie daar om heen.

Tijdens de jaarlijkse evaluaties behandelen we alle vragen rondom een cliënt. Het is een dag om stil te staan bij hoe het tot nu toe ging, om te genieten van alles wat er goed gaat en om weer nieuwe lijnen uit te zetten om verder te gaan. Veel vragen gaan over de juiste afstemming op de prikkelverwerking van de cliënt, de vragen rondom de executieve functies, het werken aan de verschillende ontwikkelingsdomeinen en het systematisch kijken naar de attitude. De basishouding van de begeleiders is de spil.

Ik sluit graag af met het volgende: Bij het einde van een van de terugkomdagen zei een begeleidster in het afsluitende rondje het volgende: “sinds ik hier werk heb ik steeds het gevoel gehad dat ik dingen afnam van de cliënten. Nu, voor het eerst, heb ik het gevoel dat ik ze iets terug kan geven.”

 

Ervaring van een leerkracht in het ZMLK-onderwijs 
O, mijn dag was geweldig vandaag, na de studiedag bij Fortior! 
Ik heb het meteen geprobeerd in de klas en het was een wonder….werkelijk waar!
Met een leerling heb ik even ‘gespeeld’ zo goed en zo kwaad als het ging, hoor. We zaten in de kring en een andere leerkracht uit een andere groep kwam voorlezen. Nou, dit was echt ver van de belevingswereld van Vincent af. Hij ‘pakt’ dan andere leerlingen aan de haren ed. Heb hem dus meegenomen en hebben samen een plekje gekozen in de klas zodat de andere kinderen verder konden en Vincent ook. Vincent is dol op een krullint waar hij op tikt dus dat zat hij te doen. Ik ben tegenover hem gaan zitten en ben mee gaan doen en ….POEF….daar waren zijn oogjes!! Wauw!! Daarna mocht ik al op zijn handen tikken en elke keer als ik stopte pakte hij mijn handen en nam die mee naar zijn handen en oren en drukte mijn handen dan tegen zijn oren. En elke keer als ik stopte, keek hij, en drukte weer! Het was zoooooo mooi!!! Hij kwam zelfs lekker even op schoot zitten en drukte dan oren tegen mijn wang ed. 
Daarna heb ik het met een andere leerling, Thomas, geprobeerd. Hij is erg van de muziek maar komt moeilijk zelf tot bewegen. Hij stond bij de radio, tikte erop en ik zette de muziek aan. Ik stak mijn handen uit en hij nam mijn handen en begon te wiegen van links naar rechts. Ook dit met hem meegedaan en hij begon heerlijk te lachen en echt te kijken. Klinkt misschien raar maar ik voelde zijn ogen in mijn lijf stromen….het was écht ipv zomaar kijken. 
Daarna heb ik het met de logopediste besproken. Zij is ook SI therapeute en we willen dit samen toch wel op gaan pakken (zij heeft ook floortime gedaan) 
Het was een geweldige dag met heel veel nieuwe indrukken. Ik was er zelf ook ontroerd van……met name dat niemand wist dat dit een manier was en wat de kinderen gemist hebben. Maar goed….een nieuw begin, nieuwe ronde, nieuwe kansen!
O ja, het is ons zelfs goed duidelijk geworden dat Vincent onze gesprekken heel goed begrijpt. Ik vertelde de logopediste wat Vincent fijn vindt (bv: kriebel over de buik, druk op de oren ed) en prompt doet hij zijn trui omhoog, pakt de hand van de logopedist die achter hem stond en verwijst die naar zijn buik!! Nou, als dat geen communicatie is!!
Overigens….ik ben nu wel leeg want het viel me op dat je nog continu , tijdens het ‘spelen’, aan het denken bent. Wat doe ik nu wel en wat niet ed…..maar wel heel leuk!
 
Nou, het is een heel verhaal geworden! Ik ben laaiend enthousiast!!
Heb de ouders overigens al verwezen naar jullie site en cursussen en mijn bevindingen.
Bedankt voor je info!

 

Ervaring van medewerkers van Dichterbij met het Contactgericht Ondersteunen, 
nav het project: Dichterbij van Binnenuit

Inleiding.
Al jaren werk ik binnen de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking. Al die jaren maak ik al contact met mensen binnen die zorg. Altijd heb ik gewerkt vanuit een visie, de laatste jaren vanuit een ode. Het viel niet altijd mee, veranderingen en bezuiniging zorgden ervoor dat ik samen met collega’s creatieve oplossingen moest bedenken voor moeilijke situaties en uitdagend gedrag. Omdat ik altijd energie krijg van de flexibiliteit die cliënten laten zien na weer een verandering, en de groei en ontwikkeling die daarbij hoort, doe ik dit werk tot op de dag van vandaag met enorm veel plezier.

Wat me steeds meer opviel is dat cliënten pas ontwikkeling laten zien wanneer er sprake is van contact, écht contact. Dit geldt voor alles: persoonlijke groei tot het aanleren van praktische vaardigheden; ontwikkeling ontstaat pas wanneer er sprake is van contact.

Hierdoor geïnspireerd ben ik met de methode Contact gericht spelen en leren in aanraking gekomen. Na een themamiddag door Anneke Groot gegeven, werd ik pas echt enthousiast. Gelukkig gold dit niet alleen voor mij. Ook mijn collega’s zagen de positieve methode als een kans: We hebben vervolgens met ons team besloten om Anneke Groot uit te nodigen om ons een tweedaagse training te geven. De vruchten van deze training plukken we nog dagelijks!

Welke vruchten dat precies zijn heb ik beschreven aan de hand van een voorbeeld: een cliënt die vastliep in keuzes in zijn dagelijkse leven en daardoor gedrag vertoonden waarvan we (zonder te weten wat CO is), zouden zeggen: ongewenst gedrag. Door de methode CO hebben deze cliënten alsnog hun keuzes kunnen maken en zijn zij gegroeid en veel gelukkiger. Zo ook hun begeleiding !

Tim (1)
Onbehandelbare epilepsie en een tumor in zijn hoofd beïnvloedden het leven van Tim dusdanig dat hij gemiddeld 1 keer per 2 maanden een week in het ziekenhuis doorbrengt. Met hem is al verschillende keren gesproken over een operatie. Een operatie die hem van al die aanvallen zou moeten verlossen. Maar ook van de beperkingen die deze aanvallen met zich meebrengen: Niet kunnen werken, niet buitenshuis durven gaan, de vermoeidheid die gepaard gaat met de aanvallen, maar ook de verontrustende bijwerkingen van de vele verschillende medicijnen die hij moet slikken om zijn epilepsie zo veel als mogelijk onder controle te houden. Maar Tim stuurt iedereen weg. Iedereen die met hem over ‘de operatie’ wil praten wordt verbaal agressief weggestuurd met het verzoek om vooral nooit meer terug te komen. Tim is getrouwd, zijn vrouw (die ook epilepsie en een verstandelijke beperking heeft), kan de situatie niet meer aan. Het wordt zachtjesaan een onhoudbare situatie: Tim gaat ziekenhuis in en uit, werken lukt niet meer, zijn broers en zussen zijn om de beurt door hem zijn huis uit gestuurd nadat zij geprobeerd hadden met Tim te praten. Zelfs zijn vrouw en schoonvader durven het niet meer aan. Ook begeleiding die getracht heeft ‘de operatie’ bespreekbaar te maken staat onverrichter zake buiten……

Zo was de situatie.

 

Tim (2)

Totdat Tim opnieuw in het ziekenhuis belandt met een serie aanvallen die niet te stoppen zijn. Ik ga, uit belangstelling, nieuwsgierigheid bij hem op visite in het ziekenhuis. Daar ligt hij, nog diezelfde middag is er een zus huilend vertrokken omdat Tim opnieuw met stevige woorden te kennen heeft gegeven dat hij NIET geopereerd wil worden!!! Ik weet dat niet, wat ik wel zie is dat Tim bang is: hij is bang voor het onbekende maar ook bang voor het bekende. Ik praat met hem; gewoon over hoe hij zich voelt, wat zo’n aanval met hem doet, wat het voor hem betekent. Kortom: ik wil weten hoe het met hem gaat, en ik wil niet weten wat verstandig of logisch is, dat is niet interessant! Ik maak contact.

Enkele dagen later word ik gebeld door zijn schoonvader: Een zus van Tim had gevraagd of ik niet vaker met Tim kon praten want in het ziekenhuis leek het alsof er ‘een klik’ was. Ook de schoonvader was er veel aan gelegen de situatie te veranderen. Natuurlijk wil ik vaker met Tim praten; dat is mijn werk!

Zo gezegd zo gedaan: Het eerste gesprek was het moeilijkst: waar praat ik over? Ik voelde de druk van anderen waardoor er andere belangen gingen meespelen. Omdat Tim akkoord was gegaan om met mij te praten en hij het gesprek begon werd het gemakkelijker. Ik liet de belangen van anderen vooral de belangen van anderen zijn en ging met Tim in gesprek. Ik weet niet hoeveel gesprekken we samen gehad hebben voordat we het over ‘de operatie’ gingen hebben maar ik weet wel dat er een lange tijd overheen gegaan is. Toen de operatie bespreekbaar was geworden snapte ik ook precies waarom Tim deze niet wilde: Een enorme berg aan risico’s en onzekerheden, daar kies je niet zomaar voor. Maar het allerbelangrijkste: Tim wilde van a tot z weten hoe het traject eruit zou zien. Er was nog nooit iemand op het idee gekomen dat Tim moeite had met het begrijpen en overzien van zo’n operatie. Hij snapte wel dat er iets moest gebeuren maar kon zich totaal geen voorstelling maken van het hoe, waar, wanneer en wie. Samen zijn we op zoek gegaan naar een arts die hem deze duidelijkheid kon geven. En opnieuw: ik kan niet zeggen hoeveel bezoeken we aan die arts gebracht hebben; maar iedere keer legde de arts volledig uit wat en hoe en gaf hij antwoord op de vragen die Tim had. Van een begeleiding die ‘iets van hem moest’ werd ik zijn gesprekspartner en zijn vertrouwenspersoon. Al zijn angsten besprak hij met mij. Ongeveer anderhalf jaar na ons eerste gesprek besloot Tim om zich te laten opereren. En opnieuw hebben we alles samen gedaan: Samen naar de chirurg, samen naar een MRI, samen naar een EEG, samen naar Utrecht voor voorbereidende gesprekken. Tot op 14 mei 2010 de dag was aangebroken: Tim werd geopereerd! Het resultaat van de operatie was bijzonder: De hele tumor was weggenomen en van de epilepsie een heel erg groot gedeelte. Helemaal aanvalsvrij zal hij niet worden, maar ten opzichte van wat het was is het een totaal ander leven.

Ook de periode van controles en herstel vroeg Tim vaak ondersteuning aan mij; Al werden de gesprekken korter, en werd de inhoud luchtiger, Tim bleef mij vertrouwen. Het laatste wat Tim mij vertelde was hoe blij hij was met zijn besluit om geopereerd te worden: Dat had hij toch maar mooi zelf gedaan!

En dat was mijn energie: Tim had het gevoel dat hij het helemaal zelf gedaan had!

Tim (3)

Wat ik gedaan heb? Ik heb geluisterd, vragen gesteld, ik  ben nieuwsgierig geweest naar Tim. Ik heb met hem meegeleefd op een manier die hij nodig had om een keuze te kunnen maken, (zonder oordelen). Ik heb een flinke tijdsinvestering gedaan: Van wekelijkse gesprekken van meer dan een uur, ziekenhuisbezoeken van halve tot hele dagen. Dat paste niet in zijn ZZP, maar dat was wel wat hij nodig had! Hij had het zelfs zo hard nodig dat zijn leven er vanaf hing! En ik heb ondersteuning gehad van de gedragskundige; hij gaf mij tips waar ik mee verder kon. Achteraf blijkt dit ‘Contactgericht ondersteunen’ te heten. Een prachtige methode om prachtige doelen te bereiken.

Op dit moment vraagt Tim (veel) minder ondersteuning dan hij vanuit zijn ZZP mag krijgen; hij weet waar hij terecht kan én doet dat. Tim heeft er vertrouwen in dat als hij het niet alleen kan oplossen hij dit met mij (en mijn collega’s) kan.

Koos

Als nieuwkomer in een ervaren team ging ik het contact aan met Koos, een jongen met autisme die begeleid woont. In de wandelgangen werd er over Koos gesproken als moeilijk, niet benaderbaar en agressief. Hij deed niet mee aan de activiteiten in het huis en lapte de regels aan zijn laars. Er werd ook al gesproken over verhuizen omdat hij niet op de juiste plaats zou zitten. Dat stootte mij tegen borst. Ik was van mening dat wij dan maar moesten leren hoe we met hem om moeten gaan. Ook als dat zou betekenen om van de gebaande paden af te gaan. Als nieuweling hoopte ik dat ik een ingang kon forceren. Niemand durfde Koos te confronteren dus misschien lag hier een kans voor mij. Het was te proberen.

Er was een afspraak gemaakt dat niemand op Koos z’n kamer mocht komen. Alleen als hij uitdrukkelijk toestemming gaf, dan mocht dat. Ook als hij zijn muziek hard aan had staan en hij jou dus niet kon horen kloppen, zouden wij niet binnengaan. Dit vond ik een belachelijke afspraak. Ik moest toch zeker iets tegen hem kunnen vertellen. Dan moest hij zijn muziek maar niet zo hard zetten. Ik ging dus gewoon naar binnen. Koos begon te schreeuwen en te tieren. Hierdoor kon hij natuurlijk mijn eigenlijke boodschap helemaal niet horen. De aandacht ging naar het verbreken van een afspraak. Een paar dagen later kwam Koos naar me toe en peperde mij nog even in dat ik niet te vertrouwen ben en dat ik hem met rust moest laten. Hé, dacht ik toen, hij komt nu wel naar mij toe. Er is dus wel degelijk contact mogelijk, alleen had het nu een negatief uitgangspunt. Was confronteren dan een manier om verder in contact te komen?

Op dit punt beginnen voor mij de lessen van Anneke Groot en de vele gesprekken met de gedragskundige. En dat het leerzame lessen waren bleek uit de tijd met Koos die nog ging komen. Nou ben ik van nature best eigenwijs maar de lessen van Anneke hakten er behoorlijk in. Nog niet eens zozeer in eerste instantie maar veel meer door de gesprekken met de gedragskundige daarna. Ik begon in te zien hoezeer mijn houding van invloed was op het gedrag van Koos. En wat misschien nog wel belangrijker was, ik ging inzien dat ik totaal over zijn grenzen heen ging. Ik sloot niet bij hem aan. Nee, ik vond zelfs dat hij zich aan moest sluiten aan ons. De gedragskundige vroeg me het tegenovergestelde te doen. We spraken af dat vanaf nu het contact geheel vanuit Koos mocht komen. Zelfs de beleefdheidsvraag “Hoe gaat het met je?” bleef nu achterwegen. Want zelfs die vraag zou teveel druk kunnen leggen op Koos. Na een maand kwam Koos naar me toe. Of ik iets voor hem kon regelen. Een functionele vraag waarmee ik voorheen meteen de gelegenheid zou aangrijpen om hem het hemd van het lijf te vragen over van alles en nog wat. Nu hield ik me enkel met die vraag bezig en vroeg verder niets aan hem. Ik stelde me neutraal op.

Zo ging dat enkele maanden door. Als Koos iets van ons nodig had, was er contact op zijn voorwaarden. En toen gebeurde waar we allemaal op gehoopt hadden. Koos kwam zijn kamer uit, ging voor me zitten aan tafel en begon een gesprek. Uit zichzelf. En wat voor een gesprek. Koos vertelde me precies wat hem bezig hield, wat hij moeilijk vond en wat hij graag zou willen veranderen. Wat vond ik dit fijn! En wat heb ik mijn tong af moeten bijten om niet meteen allerlei vragen op hem af te vuren en met oplossingen te komen. Ik heb alleen geluisterd en af en toe om verduidelijking gevraagd. Er volgden nog vele gesprekken. Allemaal op de voorwaarden van Koos. En af en toe konden we hem helpen maar alleen daar waar hij hulp bij vroeg.